Deze fraaie Weserhütte SW 191 stond in de omgeving van Krumbach (DE) en wordt ingezet voor het afgraven van zand met een groot grindgehalte.
De SW 191 is eigenlijk geen echte Weserhütte meer, Weserhütte ging in 1986 failliet. Vanaf 1987 werden, wel onder dezelfde naam, maar in een fabriek van scheepswerf Herman Sürken, nieuwe draadkranen ontwikkeld en gebouwd. In 1994 werd deze productie na nog een failisement stopgezet. De SW 191 werd bij Herman Sürken ontwikkeld en gebouwd.
Voor de aandrijving van de hydraulische pompen dient een Caterpillar D 3306-DI-7, een 6-cilinder watergekoelde dieselmotor met een vermogen van 162 kW (220 pk). Als hijskraan is dit een 72-tons kraan.
De ballast weegt totaal 14,15 ton, dat bestaat uit drie ballastdelen van 8,25, 3,9 en 2 ton. De ballast heeft een draaicirkel van 4,34 meter.
De onderwagen heeft een tractorrijwerk en is 5,27 meter lang en 4,1 meter breed met 60 centimeter brede rupsschakels. Voor het transport over de weg is de onderwagen hydraulische tot 3,3 meter breedte te reduceren. Aan de voorkant is een bevestigingsmogelijkheid voor een geleidingsklem zichtbaar.
De kraan is met 16,5 tons lieren uitgerust. Hier zien we de trekdraad via de fairlead naar de draadtrommel gaan.
Hier stond de kraan met een 23 meter lange hoofdmast opgebouwd, de giek is uit hoeklijn-staalprofielen gebouwd. Optioneel kon ook een buizengiek gekozen worden.
De Hendrix sleepemmer heeft bij deze gieklengte een inhoud van ca. 1,5 kubieke meter.
De kraan heeft een maximale gieklengte van 52 meter. Indien de kraan met dit type kopstuk word ingezet, mag de hoofdmast maximaal 70 graden opgetopt worden omdat anders de haak en hijsdraad met de giek botsen. De naam van de vorige eigenaar lijkt nog op de giek te staan, helaas kon ik geen verdere informatie vinden.